Stadsvisie ontwikkeling en stedelijke inrichting

Overlijden Henri Koekkoek 15 - 02

-

Portaal Visie Henri Koekoek nog steeds actueel

Henri
Hendrikus Koekkoek


Kampen, 13 september 1961

Amsterdam, 9 februari 2011

Voor altijd bij ons, blij dat we deel van zijn leven waren.
Renée en Naut

Dinsdag 15 februari is er tussen 19.00 en 20.30 uur gelegenheid om afscheid van Henri te nemen in het uitvaartcentrum, Fred. Roeskestraat 91 in Amsterdam.

U bent welkom bij de herdenkingsbijeenkomst op woensdag 16 februari in het Muziekgebouw aan 't IJ, Piet Heinkade 1
in Amsterdam. De zaal is open vanaf 10.30 uur. De bijeenkomst begint om 11.00 uur. Aansluitend proosten wij op Henri en kunnen wij samen herinneringen ophalen. Neem een steentje mee; wij verzamelen de steentjes en leggen deze rondom zijn graf.
De begrafenis vindt aansluitend plaats in kleine kring op Zorgvlied in Amsterdam.
In plaats van bloemen liever een bijdrage voor een mooi gedenkteken voor Henri, rekeningnummer 2818493 ten name van R. Hoogendoorn ten gunste van Gedenkteken Henri.


Correspondentieadres:
Renée Hoogendoorn KNSM-laan 699 1019 LH Amsterdam

Panacee of structurele oplossing?

Henri Koekkoek, Portaal Vastgoed Ontwikkeling.




De crisis op de woningmarkt is een veel besproken onderwerp in artikelen in vakbladen, dagbladen en netwerkbijeenkomsten. Velen dragen analyses en oplossingen aan. Anderen reageren weer op deze oplossingen. Opvallend in de vele voorstellen is dat de corporaties een zeer belangrijke rol in het oplossen van het woningmarktprobleem wordt toegedicht door op grote schaal koopwoningen om te zetten naar huurwoningen. De corporaties hebben volgens deze wijzen vermogensovermaat en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) zou er vervolgens voor zorgen dat de banken dol zouden zijn om dat te financieren. Ik wil iedereen er nog even aan herinneren dat de vermeende vermogensovermaat inmiddels wordt afgeroomd, het WSW niet naar waarde maar kasstromen kijkt en de banken als het gaat om vastgoed financiering voorlopig niet thuis zijn. De corporaties zijn dan ook geen panacee voor markt- en overheidsproblemen. Dit idee kan dan mijns inziens ook worden afgeserveerd als borrelpraat. Natuurlijk zullen corporaties mogelijk, indien passend, meer kunnen kopen, de woningmarkt in het algemeen wordt hiermee niet gered.
Meer structureel vind ik de analyse van economen die stellen dat een prijsdaling ook best gezond kan zijn. Zij stellen dat (overheids)maatregelen om het tij te keren naar alle waarschijnlijkheid weinig zullen uithalen. De veel besproken verhoging van de Nationale Hypotheek Garantie leidt volgens hen tot een vergroting van het risico voor consumenten dat door banken dan wordt afgeschoven op de overheid.
De banken zelf stellen in interviews dat zij meer op ouderwetse manier zullen gaan bankieren; meer gebaseerd op inkomen en eigen geld en niet of minder op de, nu onzekere, waarde van het huis. Dit laatste zal een structureel prijsdrukken effect gaan hebben op de woningmarkt.
Kortom structureel lagere prijzen van de modale koopwoning zijn dan de enige remedie om de woningmarkt structureel te verbeteren. Dit zou het gat dat nu eigenlijk tussen huur en koop bestaat enigszins dichten en tot een meer gebalanceerde woningmarkt kunnen leiden.
In onze vakwereld zouden wij dan heel anders om moeten gaan met woningbouw; minder eisen en regels, meer pragmatisme, maar wel besef dat woningen er ruim 50 jaar staan en een goede esthetische waarde moeten blijven hebben. Dit vereist echter een diepgaande verandering van zwaar gewortelde gewoonten van de volkshuisvesting en ruimtelijke ordening waarin gedetailleerde overheidssturing een belangrijk paradigma is. Het zal niet eenvoudig zijn maar wel structureel. Ik weet de exacte route van oplossing niet, maar weet wel dat wij zo spoedig mogelijk op weg moeten gaan.
Ik overigens benieuwd naar het volgende probleem waarin corporaties weer een panacee zouden kunnen zijn.

Columns:
Henri Koekkoek, Portaal Vastgoed Ontwikkeling.

Vertrouwen en Professionaliteit in Vastgoed
Vertrouwen of beter gezegd het gebrek hieraan is op dit moment een veel gebruikt woord in de media. Het vertrouwen in economie is verdwenen en het lijkt wel alsof dit geldt voor vertrouwen in het algemeen. Geldt dit nu ook voor de vastgoedsector? Een korte rondblik in de vakbladen leert dat vooral de integriteit in het kader van de vastgoedfraude een belangrijk onderdeel van de redactionele beschouwingen is. De INVB en Neprom brengen beide aangescherpte integriteitscodes voor hun leden. De vraag is of deze goed bedoelde codes daadwerkelijk effect gaan sorteren of dat het nogal krampachtige pogingen zijn om de put te dempen als het kalf verdronken is. Daarnaast is het nog belangrijker dat de buitenwereld dit als zodanig ziet. Ook hier geldt vertrouwen komt te voet en gaat te paard.
De kredietcrisis lijkt de aanstichter van de problemen, maar waren het was het niet juist de financiering van vastgoed (huizen in Amerika) en het geloof in een eindeloze waardegroei die aan de basis lagen van die crisis? Ook in Nederland leek er geen einde te komen aan die ogenschijnlijk eindeloze waardegroei. Critici werden afgedaan als onbenullen die een regenjas of paraplu meenamen als de zon scheen. Iedereen leek de dip van 2000/2001 te zijn vergeten of had die door de enorme groei in de sector niet echt meegemaakt. De professionals maakten de markt zoals zij dat zo graag noemden. Elke tender leidde tot enorme biedingen, die alleen konden worden goedgemaakt doordat er sprake was van schaarste. De consument moest uiteindelijk steeds meer betalen voor het woonproduct dat natuurlijk graag werd gefinancierd door de banken.
Je zou kunnen stellen dat de vastgoedwereld ook haar steentje heeft bijgedragen aan deze crisis. Voor de woningmarkt is deze crisis hopelijk het keerpunt om tot een betere verhouding tussen prijs en product te komen.

De professionaliteit van het vastgoed is de laatste jaren sterk ontwikkeld. Het aantal opleidingen is legio en geeft invulling aan de hoge kwaliteit, vakkundigheid en expertise die de professional typeren. Aan de andere kant zie ik als docent van één van dergelijke opleidingen ook de keerzijde, status en prestige; een betere baan en een hoger salaris zijn helaas nog vaak de belangrijkste drijfveer om dergelijke opleidingen te volgen. Juist hier zou het bijbrengen van ethiek en integriteit op zijn plaats zijn. De vastgoedsector zal moeten leren dat juist de vaak eenmalige transacties een noodzaak van vertrouwen vereist. Elke zonde op dit gebied ondermijnt het vertrouwen in de gehele sector! Juist een professional zal moeten leren dat eerlijk handelen, ook als oneerlijkheid niet betrapt zou worden, een investering is in zijn persoonlijke professionaliteit en vertrouwen in de sector.

Is deze crisis dan ook niet een mogelijk keerpunt voor de sector om professionaliteit in betere maatschappelijke verhouding te krijgen? Ik hoop van wel.


Columns:
Henri Koekkoek, Portaal Vastgoed Ontwikkeling.

Duurzaamheid is meer dan normen en mooie slogans.

Duurzaam is in. Je kunt geen blad meer open slaan of het sleutelwoord duurzaam of nog mooier sustainable wordt genoemd. Daarnaast zijn er een aantal andere termen die in relatie met duurzaam voortdurend werd genoemd. Toen ik laatst tijdens een werkcollege aan ASRE studenten vroeg wat die termen nu concreet voor hun werk betekenden bleef het akelig stil. De werkelijke essentie van duurzaam was nog niet tot hen doorgedrongen.

Ook in ons werkveld zie ik dat duurzaam vooral wordt vertaald in normen. Die normen zijn heilig. Ook wil elke zichzelf respecterende gemeente graag plaatselijke normen die verder gaan dan landelijke normen. Je doet het kennelijk politiek goed als je strenge normen stelt.

De vraag die dit bij mij oproept is of al deze normen reiterei leidt tot een betere woningen en woonomgevingen. Mijn antwoord is kort en duidelijk nee. In normen kun je niet wonen. In mijn visie zijn bijvoorbeeld de grachtenpanden in Amsterdam of andere panden die honderden jaren meegaan eigenlijk de meest duurzame panden. Ze voldoen wel niet aan de hedendaagse geluids-, energie- en aanpasbaarheidnormen maar worden al wel honderden jaren met veel genoegen bewoond.

Betekent dit dan wat ik niet in duurzaamheidsnormen geloof. Nee, normen zijn zeer zinvol maar moeten wel enigszins worden gerelativeerd en met elkaar in verband worden gebracht. De hoge EPC norm leidt tot woningen met een laag energieverbruik. Dit is goed. Maar door die hoge norm kunnen diezelfde woningen in de zomer hun warmte niet meer kwijt. Dit is niet goed. Hiervoor moeten wij dan extra investeringen doen om in de zomer te kunnen koelen.en luchten. Als dan ook nog door geluidsnormen er geen ramen kunnen worden opengezet dan voelt u hopelijk wel dat de muis hier in zijn eigen staart bijt.

Duurzaamheid zal in mijn mijn ogen meer moeten worden vertaald naar werkelijk toegevoegde waarde (term vervangen is gejat). Bewoners moeten letterlijk en figuurlijk kunnen voelen wat duurzaamheid is. De leefbaarheid van de woonomgeving dient daarbij centraal te staan. Dus groen, leefbare openbare ruimtes, verkeer, parkeren meer betrekken in die duurzaamheid zodat mensen concreet kunnen voelen en ervaren wat dit is en hun woning en woonomgeving als een duurzaam thuis ervaren. Pas dan kan er goed worden gewoond in normen en slogans.



Randstadnieuws/ news /

Meld nieuws